4A

Proca is de koning van Alba Longa. Numitor is zijn zoon. Proca heeft een andere zoon. Deze zoon is Amulius. Proca is oud en wacht op de dood. Numitor krijgt de heerschappij en Amulius de rijkdom. Amulius is geen goed man, maar is slecht: hij verdrijft de broer en doodt zijn zoon. Nu heeft Alba Longa een nieuwe koning, maar de nieuwe koning is slecht en onrechtvaardig. Numitor heeft een dochter. Zijn dochter is Rea Silvia. Silvia is mooi, maar nog niet getrouwd. Amulius leidt het mooie meisje naar de tempel van Vesta en maakt haar Vestaalse maagd. Silvia zorgt voor het vuur in de tempel. Amulius is blij, omdat Numitor nu geen nakomelingen heeft.

***

4B

Rea Silvia is Vestaalse maagd en verzorgt in de tempel het vuur.
Bij de tempel is een groot en donker bos.
In het bos is een kleine rivier.
Rea Silvia wandelt in het bos en komt aan bij de rivier.
Silvia schept water uit de rivier.
Plotseling verschijnt er een onbekende man.
Hij is groot en sterk.
Het is de god Mars, maar Silvia kent de god niet. Mars ziet
het mooie meisje: hij verlangt naar het meisje en hij pakt haar vast...
Silvia is erg geschrokken en huilt, maar de god kalmeert het meisje:
hij voorspelt een beroemd nageslacht en grote roem.
Daarna verlaat de god Silvia, verborgen in een wolk.

***

4C

Rea Silvia kan het vuur niet meer verzorgen.
Ze is zwanger en een ziekte voor.
Amulius leert de echte oorzaak kennen:
Silvia is niet ziek, maar ze is zwanger.
Later brengt Silvia een tweeling ter wereld.

Amulius is verontrust en erg boos en verneemt:
Nu is Silvia moeder en heeft Numitor nakomelingen.
Daarna stuurt Amulius de ongelukkige Silvia naar de gevangenis.
De gevangenis is donker en Silvia is alleen. Bang denkt ze:
Waar zijn mijn zonen? Wie verzorgt hen? Waar is mijn vader?
Ze huilt en verlangt naar de zonen.
Angst is terecht, want de zonen zijn in gevaar.

Maak jouw eigen website met JouwWeb